
Zondag 7 december
Hoewel het niet zoals in Nederland sneeuwt en vriest, wordt het hier best wel frisjes in de ochtend. Ik word wakker van de kou, wanneer de twee dekens waarin ik me had gewikkeld zich los gevochten hebben. Ik wil me net weer mummificeren als ik me bedenk dat ik toch maar eerst even de tijd moet checken. Ja hoor, 05:00. En mijn wekker gaat om 05:15. Waarom wil ik op een vrije dag zo vroeg m’n nest uit ga? Omdat ik slechts 8 weken geleden het nogal ambitieuze idee in m’n hoofd heb gehaald om in Pune aan een 10-kilometerrace mee te doen. Een plan dat een paar jaar geleden, toen ik nog bijna maandelijks aan een dergelijk evenement deelnam, minder hoog gegrepen had geleken. Maar die laatste wedstrijd was onderhand drie jaar geleden, en in de tussentijd ben ik vaker kreupel dan niet-kreupel geweest. De afgelopen weken heb ik redelijk fanatiek getraind in de sportschool, maar heb geen enkele keer werkelijk tien kilometer achter elkaar gelopen. Bijna wil ik er niet mee doorgaan: ik kan mijn hoofd niet draaien door spierpijn in m’n nek (ik geef de airco bij de Starbucks de schuld) en moet naar de andere kant van een stad die drie keer zo groot is als Amsterdam om m’n startnummer op te halen en oh ja, heb dus absoluut niet voldoende getraind.
Wat is het nog steeds koud. Om 06:00 ben ik door Ravi (de man van Zarin) met de auto weggebracht. Arme man. Gelukkig was hij sowieso al op geweest want vrouwlief gaat om dezelfde tijd naar yoga. Hoe dichter we bij het startpunt komen, hoe meer hardlopers we zien. Ik begin de bekende pre-wedstrijdkriebels weer te krijgen.
Het is nog steeds donker als ik me het startvak in begeef. Om me heen worden de verplichte selfies genomen. Kom niet tussen een Indiër en z’n smartphone! Hardlopen is hier duidelijk nog niet zo’n big business als in Nederland, aangezien ik ook veel mensen in normale kleding zie, sommigen hebben zelfs schoudertasjes om. Ik wurm me verder naar voren tot ik tussen mensen sta die er wat fanatieker gekleed uit zien. Dit is echter van korte duur als een autoritair gedragend vrouwtje van de organisatie me beveelt naar achteren te gaan? “Why?”, vraag ik stug (subtiliteit raakt nog wel eens lost in translation, je kan beter kort en bondig zijn). “Because this is for the boys” is de verklaring. In plaats van op verwachte eindtijd worden lopers hier dus op geslacht ingedeeld. Welkom in India.

Er is geen startschot, na een omroep en applaus beginnen we plots te lopen. Binnen een paar minuten ben ik de grootste kudde voorbij en heb ik alle ruimte om fijn te lopen. Zoals altijd zoek ik een haas: iemand die in een prettig tempo loopt met wie ik een tijdje mee kan liften. Meestal is dat een vrouw van gelijke beperkte grootte met een gelijke paslengte, of een mooie gespierde man achter wie ik graag aan wil lopen (je moet het wel leuk houden voor jezelf natuurlijk). Hier in India heb ik echter nog een derde optie: een gespierde man die even lang is als ik.
Het is zo stil. Of misschien was het helemaal niet stil, maar was er enkel een relatieve rust vergeleken met de chaos van toeters en geschreeuw die normaal plaatsvindt. Er zijn niet echt toeschouwers in de zin van mensen die ons komen aanmoedigen, maar meer in de letterlijke zin van mensen die naar ons kijken. Starend terwijl ze wachten tot ze eindelijk over kunnen steken en door kunnen gaan met de dagelijkse gang van zaken. Wat zullen ze wel niet van ons denken. “Hoeven zij niet te werken? Wat een luxe dat zij hun tijd kunnen verdoen met rennen van het ene naar het andere willekeurige punt. En waarom is dit belangrijk genoeg om de halve stad voor stil te leggen?”
Het is niet dat sporten een geheel onbekend begrip is in India. Ook in de oude Ayurvedische teksen wordt het belang van lichamelijke activiteit al genoemd. Correcte oefeningen zorgen volgens de Caraka Samhita bijvoorbeeld voor perspiratie, verhoogde respiratie en lichtheid van het lichaam. Sporten wordt echter afgeraden voor onder andere mensen die uitgemergeld zijn door een overdaad aan seksuele activiteit of gewichtheffen, mensen die per voet reizen of die in de ban zijn van angst, woede of rouw. De wonderlijke wereld van de Ayurveda blijft verbazen.
In deze teksten wordt zowaar ook al de link gelegd tussen sporten en obesitas. ‘Excessieve corpulentie’ zou namelijk veroorzaakt worden door, naast een tekort aan lichaamsbeweging, een overmatige inname van zwaar, zoet en ‘zalvende’ voeding, overdag slapen, gebrek aan mentale uitfagingen en ononderbroken vrolijkheid. Het is om verdrietig van te worden.


Weer genoeg van de Ayurveda, hoe kijkt men tegenwoordig in India naar sporten? Toevallig is dit jaar een onderzoek gepubliceerd waarbij gekeken is naar de patronen van lichamelijke activiteit en inactiviteit bij maar liefst 14227 respondenten uit alle windhoeken van India. Hieruit bleek dat 90% niet aan recreatieve lichaamsbeweging deed. Onder vrouwen en inwoners van landelijke gebieden was dit aantal zelfs nog hoger. Van de overige tien procent die wel voor de lol een rondje ging wandelen of naar de sportschool ging, deed dit gemiddeld minder dan 20 minuten per dag echt op een intensieve manier. Mensen in India die sporten zijn gemiddeld ouder, hoger opgeleid, hebben een hoger salaris en leven sowieso al gezonder door meer groente en fruit te even, vergeleken met niet-sporters. Over het algemeen is het trouwens zo dat als men überhaupt aan gemiddelde intensief tot vigoureuze lichaamsbeweging doet, dat op de werkvloer gebeurt. De werkvloer van bijvoorbeeld de 30 miljoen mensen die in de bouw werken of de 263 miljoen werkers in de landbouw dan.
Ik laat de gedachten over de beschuldigende blikken gauw gaan, en geniet weer van het lopen. Het voelt deels aan als elke andere hardloopwedstrijd, maar vergeten dat ik in India ben doe ik niet. Een dakloze man geeft over als ik voorbij loop, straathonden liggen in de stralen van de opkomende zon op te warmen, koeien kijken ons verveeld aan. Er zijn echter ook momenten die de loop mooi en gezellig maken. Er worden bloemblaadjes over me heen gegooid, een drumband speelt opzwepende ritmes, een enkeling hier en daar moedigt ons aan.
Om weer over mannen te beginnen, ik zie niets anders meer. Ongeveer elke twee kilometer kom ik één uitgeputte vrouw tegen en dat is het. In de tegengestelde richting op de weg zie ik wel de professionele marathonlopers voorbij zoeven. Onbewust ga ik hier zelf ook wat harder rennen.
Beziggehouden met het kijken naar mensen en de stad, kom ik bij het 8-kilometerpunt aan. Ik ga een versnellinkje harder, in de hoop mijn nogal optimistische doel van 50 minuten te halen. We lopen over MG Road, een winkelstraat waar we wekelijks het drukke verkeer trotseren. Het is bizar om hier te lopen zonder riksja’s, kraampjes, mensen die op straat liggen te slapen of mannetjes die je trommels aan proberen te smeren.
Maar zou de finish er nu niet bijna moeten zijn? Waarom zie of hoor ik nog helemaal geen mensen? Ik begin te twijfelen aan de kilometeraanduiding. Misschien was die enkel voor de marathon bedoeld? Maar nee hoor, bij de eerstvolgende bocht wordt iets naar ons geroepen over een finish. En ja hoor, 100 meter verderop is ie er dan. Ik knal er voor de vorm nog een kort sprintje uit. Maar serieus, wat is er vandaag met die Indiërs aan de hand? Normaal maken ze herrie alsof het een sport is, nu staan ze wederom voornamelijk in stilte enkel te kijken naar alle puffende hardlopers.
Met een snelle blik op m’n telefoon realiseer ik me dat ik zeer waarschijnlijk binnen de 50 minuten gelopen heb. Helemaal in m’n sas loop ik nog een beetje op en neer, in de hoop dat mijn hoofd een gezonder kleurtje dan die van een tomaat aanneemt. Mijn startnummer moet ik eigenlijk inleveren om de medaille te mogen ontvangen. Ik mag hem echter als souvenirtje houden in ruil voor vanzelfsprekend een paar fotootjes met iemand van de organisatie en, helemaal niet arbitrair, een handbalspeler uit het nationale team. Bij alle plekken die we in de eerste twee weken in India bezocht hebben zijn we ook, in verschillende niveaus van ongemakkelijkheid, op de foto geweest, dus dat dit nu ook gebeurt verbaast me niets meer.
Maandag 8 december
Wanneer komen alle uitslagen nou? Obsessief zit ik de site te checken terwijl ik dit verhaal aan het typen ben. Ja ja ja daar zijn ze! Nu nog proberen te openen op de Wi-Fi van de Starbucks (waar ik trouwens meer tijd doorbreng dan ik zou willen toegeven).
Voor alle hardlopers: als je een oppepper wilt, wat zelfvertrouwen in je lopen wilt krijgen, ga dan in India lopen. Met mijn tijd, die voor mijn huidige lichamelijke staat prima is, maar niet heel denderend, was ik bij de 2014 editie van de City Pier City loop 89e geworden. Niet slecht, maar in Pune beland je er opeens in de top 10 mee. Die kan ik in m’n zak steken, samen met mijn unieke India-souvenirtjes. Wellicht ga ik volgend jaar toch maar weer een CPC’tje meepikken.