
Donderdag 9 oktober
Gevoelloosheid. Het lijkt het thema van de afgelopen week, op veel verschillende manieren.
We beginnen langzaamaan te wennen aan de Indian way of life. Hoewel we in de beginperiode nog continue onze ogen uitgekeken, begint nu onze omgeving normaal te worden. Het ongewone wordt gewoon. We zijn niet meer zo geshockeerd door de slums, door de mensen die met hun geitenkudde onder een tentje van plastic en stokken leven. De bedelaars die bij elk kruispunt staan worden met een koude blik genegeerd. Soms moet ik letterlijk over zwervers heen stappen om bij m’n bestemming te komen.
(Er is trouwens nog iets gevoelloos, of in ieder geval zonder pijn, geweest: mijn rug. Ik denk dat de meesten die dit lezen weten hoe ik regelmatig in het zombie-pasje, met een slepend been als een figurant in the Walking Dead, me door het leven begeef. Het nèt iets te harde bed hier, en regelmatige tripjes naar de sportschool, lijken hier echter wonderen te doen.)
Ik merk ook amper meer dat we constant aangestaard worden vanwege onze huidskleur (of vrouw-zijn): onder het motto ignorance is bliss ontwijk ik simpelweg alle blikken. Voor Nederlandse begrippen steken we ook als kippen zonder kop de wegen over. Wachten op een moment waarbij er geen verkeer aankomt is echt niet mogelijk. Het is hier altijd, maar dan ook altijd druk. Nou vergis ik me eerlijk gezegd soms nog in de kant waar ik op moet kijken (dankzij die eigenwijze Britten rijden ze hier aan de linkerkant), waardoor ik, wederom blissfully ignorant, me dan verbaas over hoe rustig het verkeer opeens is. Ook schrok ik nog wel redelijk toen ik tijdens een routinebezoekje naar de supermarkt, en in gedachten verzonken, bijna tegen vier koeien aanliep die op de stoep stonden. (Ik heb trouwens vandaag voor het eerst koeien in een weide gezien, wat er op een vreemde manier zo onnatuurlijk natuurlijk uit zag.)

Gelukkig voor mijn geestelijke gezondheid wordt het hoge gegil in huis om elke kleine creepy crawler langzaam minder. Het gevolg van sensorische adaptatie of systematische desensitisatie? Ons huisje staat in de tuin, en natuurlijkerwijs vinden we regelmatig verschillende soorten beestjes terug. We hebben er op een gegeven moment maar een spelletje van gemaakt: wie een beest verwijdert mag het de naam van een ex geven. Misschien had ik toch psychologie moeten blijven studeren; het uit het huis smijten van een spin met een voormalig vriendje in gedachten werkt verbazingwekkend therapeutisch. Een gekko die op alle insecten afkomt heeft dezelfde eer gehad, maar die mag, begeleid door een bezem, op zijn eigen vier pootjes het huis verlaten.
Geen gevoelloosheid hier, dit is een onbeschrijfbaar triest moment: we hebben gezien hoe enkele kindjes uit het adoptiecentrum SOFOSH werden overgedragen aan de zusters van Tara. Dit is het centrum voor gehandicapte kinderen, waar we ook stage lopen. Kinderen met wie iets mis is, of die zich niet snel genoeg of goed genoeg ontwikkelen, worden hier naartoe gebracht. Eén van de kindjes, jongetje van twee jaar, kan blijkbaar nog niet lopen, waardoor er geen hoop voor hem is om geadopteerd te worden. Hij wordt nu eigenlijk gedumpt op een plek waar ze hem weliswaar voeden en een dak boven zijn hooft bieden, maar waar hij door de 0 stimulatie enkel in rap tempo nog meer achteruit zal gaan. We filosoferen in de auto terug over onze luie ogen, kromme beentjes en logopedist-bezoekjes als kind, en hoe we daarmee hier zeer waarschijnlijk een enkeltje naar Tara hadden gekregen. ‘Tara-materiaal’ wordt daarmee het woord van de week.

Vrijdag 11 oktober
Thuis was mijn favoriete methode van gevoelloosheid bereiken een lekkere koude Sauvignon Blanc (of twee) drinken na een stressvolle dag. Het is niet dat alcohol hier niet te verkrijgen is (India kent slechts één ‘droge’ staat), het is echter wel redelijk prijzig en niet bij elke reguliere supermarkt of elk restaurant te krijgen. Maar zelfs in Bollywood films, met hun impromptu dansscènes, dramatische liefdesverhalen en sterke nadruk op familiewaarden, drinken voortaan de good guys.
Wereldwijd gezien is India officieel nog één van de landen waar de minste alcohol wordt geconsumeerd. Slechts 21% van de mannen en rond de 2% van alle vrouwen in India alcohol drinkt (deze cijfers zijn uit 2009, dus wellicht liggen de percentages tegenwoordig hoger). Er wordt ook steeds jonger begonnen met drinken, waar 15 jaar geleden nog maar 2% van de jongeren onder de 21 alcohol nuttigde is dat nu meer dan 14%. In ongeveer diezelfde tijd is de gemiddelde leeftijd dat iemand zijn eerste drankje probeert gedaald van negentien naar dertien. Ongeveer één vijfde van de mensen die drinkt is een problematische drinker, en is afhankelijk van de alcohol.
In India is het dan ook niet het grootste probleem dat er gedronken wordt, maar hoe er gedronken wordt. Daar komt nog bij dat de verkoop van zo’n twee derde van de alcohol sneaky onder de tafel gebeurt. Deze drank is dan het land in gesmokkeld of bij iemand thuis gestookt. In armere gemeenschappen komt het zelfs wel eens voor dat mensen hun salaris niet in cash maar in alcohol uitbetaald krijgen. Bergen werk verzetten wordt hiermee flessen werk verzetten? Over geld gesproken: de tax op dancing juice is in sommige staten verantwoordelijk voor de opbrengst van één vijfde van de staatsinkomsten. Cin cin zorgt voor veel ka-ching dus.
Wie te lang en te veel op deze manier naar gevoelloosheid hebben gestreefd zijn de mensen bij Muktangan Rehabilitation Center, een van de beste afkickcentra in India, met succespercentages tot wel 80%. Van iedereen die opgenomen wordt is zo’n driekwart verslaafd aan alcohol. Andere gebruikte middelen zijn bijvoorbeeld opium, brown sugar (een onzuivere vorm van heroïne) en marihuana. Vooral in de staat Maharashtra is alcohol een groot probleem. Wat de poison of choice is verschilt per regio in India. Als je dichter bij de grens naar China komt zie je dat mensen vaker drugs injecteren, richting Pakistan wordt er weer vaker opium gebruikt.
De cliënten die momenteel opgenomen zijn, zijn tussen de 15 en 71 jaar oud. Bij de outpatient department zijn er zelfs kinderen van 6 of 7 jaren oud. Dit klinkt schokkend, maar als je ziet hoe sommige kinderen hier moeten leven, is dit eigenlijk weinig verrassend. Er zijn ook aparte afdelingen voor mannen en vrouwen, waar op de vrouwenafdeling ook enkel vrouwelijk personeel werkt. Ik vraag of dat is omdat de vrouwen zich niet prettig bij bijvoorbeeld een mannelijke arts voelen. Het blijkt echter dat het is omdat de familie zich schaamt voor de verslaving van de vrouw. Zo groot is het stigma nog op verslaving, vooral bij vrouwen.
Ze maken bij Muktangan gebruik van de principes van de alom bekende A.A. (Alcoholics Anonymous), vooral door het aanbieden van self-help groups waar men met elkaar ervaringen kan uitwisselen. De verschillende soorten therapieën die worden aangeboden verschillen niet heel erg met die in Nederland. Dat de koffiepauze hier plaatsmaakt voor een kopje thee (met veel suiker, melk en specerijen) en gevolgd wordt door een sessie yoga en pranayam (ademoefeningen), laat echter wel de culturele verschillen zien.
En er is hier, zoals bijna alle zorg in India, een sterke nadruk op het belang van familie. Er zijn maandelijks sessies voor families en koppels. En dan is er nog de self-help group van vrouwen wiens man onder behandeling is of is geweest. Onder druk en gezellig gekwebbel werken zij hier in één van de keukens, waar dagelijks tientallen tiffins (een aluminium lunchbox) gevuld worden met heerlijke chapati’s, dahl, rijst en groente. Hier kunnen zij steun vinden bij elkaar en tegelijk zichzelf onderhouden terwijl de kostwinnaar tijdelijk uit de running is. In de andere keuken vertelt de kok trots, in zeer gebroken Engels, dat hij al vier jaar clean is. De hele kliniek steunt trouwens op ex-verslaafden: zo’n 80% van al het personeel is ‘ervaringsdeskundige’. Deze aanpak, waarbij de ondersteuning en educatie van de community even belangrijk, of misschien zelfs belangrijker is dan die van het individu, is wat volgens de mensen hier de behandeling zo succesvol maakt.
Ze hebben hier trouwens misschien wel een iets strengere visie op verslaving dan in Nederland. “The moment you forget to put the cap back, it’s a problem”. Wat zou het betekenen als doet wat mij af en toe overkomt na een glaasje of twee, en je juist vergeet om de cap er af te halen als je in wilt schenken.
Ik vraag het maar niet.